Home » Winkel » Aanbiedingen » Eben, Vol. 2
Aanbieding

Eben, Vol. 2

15,00

Gunther Rost in de Tonhalle in Zürich

Artikelnummer: MOT12921 Categorieën: , , Tags: , , ,

Omschrijving

Hiob
Gert Westphal, Sprecher
Gunther Rost an der Orgel der Tonhalle Zürich

Petr Eben | Complete orgelwerken
Gunter Rost orgel

Goll-orgel St. Martin Memmingen [Vol.1]
o.a. Faust | Mutationes
Kleuker/Steinmeier-orgel Tonnhalle Zurich [Vol.2]
o.a. Hiob
Schuke-orgel Neubaukirche Wurtzburg [Vol.3]
o.a. Sonntagsmusik
Rieger-orgel Dom zu Fulda [Vol.4]
o.a. Vier Biblische Tanze
Jahn-orgel Stiftsbasilika Waldsassen [Vol.5] (2CD)
o.a. Das labyrinth der Welt und das Paradies des Herzens

De orgelmuziek van de Tsjechische componist Petr Eben (1928-2007) laat zich niet zo eenduidig vangen als het gaat over genre en stijl. Het heeft enerzijds wat raakvlakken met de stijl van de Fransman Marcel Dupré maar anderzijds stond hij toch een geheel eigen idioom voor. Eigentijds, fris, maar vooral ook origineel. Hij schreef muziek voor zowel liturgisch als concertant gebruik.

Enige uitleg bij zijn werken is wel een pré om te begrijpen waar het over gaat. Eben gebruikt - net als bijvoorbeeld Olivier Messiaen - veel bijbelse elementen in zijn muziek. We gaan hier wat dieper in op zijn muziek.

In de cyclus Faust -genoemd naar de gelijknamige versie van Goethe- zien we het vermaak in de wereld muzikaal geïllustreerd. De kern van de zaak is dat men opgaat in wereldse vreugde. Maar uiteindelijk zien we in het onderdeel Walpurgisnacht dat de vreugde van de wereld het gaat verliezen van de vreugde in God! Er ontstaat een ware heksenketel aan krachtmetingen waarin het goede overwint wat geïllustreerd wordt door de verschijning van een koraalmelodie die de boventoon gaat voeren. Datzelfde zie je ook gebeuren in de cyclus Hiob -het bekende bijbelverhaal over Job-; de strijd van het kwade tegen de strijd van het goede. Oftewel: Satan versus Jezus. Uiteindelijk zegeviert het geloof. In de afsluiter komt de muziek tot rust en biedt het de luisteraar een moment van troost; alles komt goed. Ook in de cyclus Das labyrinth der Welt und das Paradies des Herzens zie je deze elementen weer terugkomen. Deze cyclus ontwikkelde zich vanuit een improvisatie die Eben vele malen zelf op verschillende reizen door Europa speelde. Na lange tijd verscheen er na veel aandringen van collega-organisten uiteindelijk een versie in druk. De 14 strofen zijn gebaseerd op onderwerpen van het boek met dezelfde naam van de humanistische filosoof, leraar en theoloog Johan Amos Comenius (1592-1670).

Wie was Comenius? Even een kort uitstapje:

De Tsjech Johan Amos Comenius heeft in geschriften van vooral theologische aard stelling genomen ten opzichte van de vraagstukken die in zijn tijd speelden. Zijn invloed is echter vooral hét gevolg geweest van zijn talrijke opvoedkundige werken. Na het verlies van zijn vrouw en kinderen en de verwoesting van zijn woonplaats Lissa kwam Comenius naar Amsterdam waar hij een drukkerij oprichtte en waar hij tot zijn dood verbleef.

Terug naar de compositie. We laten Eben even zelf aan het woord. Hij zegt er het volgende over: „De pelgrim, die door het labyrint van de wereld reist, vindt hier niets aangenaams en verbant God uit zijn hart. Wat me aan Comenius advies nog het meeste aangrijpt, is zijn onmogelijke arbeid om de wereld te verbeteren. De gehele atmosfeer van de tekst is geen idyllische rondgang door de wereld, maar een bittere, satirische, bizarre reis met een apocalyptische blik.“ Duidelijke taal. Het hoeft hier dus geen betoog hoe deze muziek zal klinken… Ook hier weer de strijd tussen het goede en het kwade. Het goede overwint uiteindelijk in de afsluiting.

De muzikale taal van Eben heeft een uitgesproken persoonlijk karakter. Soms zelfs een beetje excentriek. Al luisterend moet ik vaak denken aan de Fransman Jean Guillou. Virtuoze uitspattingen, excentrieke registraties etc, maar nergens heb je het gevoel dat het teveel is of dat het te lang duurt. De jonge en getalenteerde organist Gunter Rost (1974) weet deze muziek zeer adequaat uit te voeren. Vooral de liturgische stukken zoals Hiob/Job en Das labyrinth der Welt und das Paradies des Herzens trekken de aandacht mede dankzij de prachtige voordrachten met spreekgedeelten door Gert Westphal. Je zou haast denken dat er een dominee op de kansel staat….heel fraai. Hierin excelleert Rost naar mijn mening het fraaist. Ook de meer concertante werken zoals de Mutationes en zijn Sonntagsmusik mogen rekenen op een warm onthaal. Wel mis ik soms een stukje diepgang. Zijn spel is zeer virtuoos en wordt gekenmerkt door een bijterig touche. Het gevaar bestaat dan dat deze aspecten de boventoon gaan voeren en ten koste gaat van andere elementen in de muziek zoals de muzikaliteit. Bij de Moto Ostinato uit genoemde Sonntagsmusik bijvoorbeeld; recht toe recht aan, rechtstreeks op z’n doel afstevenend vertolkt hij dit magistrale stuk. Zo’n stuk moet je als organist juist ‘beleven’ en ‘ondergaan’ en daar wordt nu helaas wel eens aan voorbijgegaan.

We noemden eerder al de overeenkomsten met Olivier Messiaen. Al luisterend kom ik tot de slotsom dat de muziek van Petr Eben sterk ondergewaardeerd is. Zo bekend als Messiaen is, zo onbekend is Eben. En dat is om meerdere redenen niet terecht. Als eerste staat Eben qua geloofsbeleving veel dichter bij de protestant hoewel hij zelf een katholiek was (!). Het tweede wat erg opvalt is dat hij op tijd stopt met een muzikaal idee. Dat vind ik ijzersterk. Messiaen daarentegen wil nog wel eens zeer breedvoerig uitmeten, soms zelfs maar met een enkel register. Het mystieke voert bij zijn muziek rijkelijk de boventoon terwijl Eben veel meer de nadruk legt op de strijd en uiteindelijk de daaraan gekoppelde overwinning. Dat is in de kern ook het grote verschil; Messiaen beroept zich op het heilige mysterie - en alle heiligen die daaraan verbonden zijn - en gebruikt veel teksten van de – heilige - profeten uit het Nieuwe Testament terwijl Eben daarentegen juist een Oudtestamentische geschiedenis – Hiob - muzikaal gestalte geeft maar dan wel vanuit een totaal ander perspectief. Wat als laatste heel opmerkelijk en van belang is, is dat Eben veel gebruik maakt van de protestantse koralen. Diverse keren komt dat terug in zijn composities. Ook dat is een element wat ik bij Messiaen niet tegenkom.

Bedoel ik nu te zeggen dat Messiaen minder is dan Eben? Nee. Ze kunnen beiden heel goed naast elkaar bestaan, ieder met zijn eigen beleving. Maar naar mijn mening is een duidelijke profilering wel op z’n plaats. Vaak wordt er veel te subjectief beoordeeld. Onbekend repertoire krijgt al snel een negatief etiket opgespeld. Dat is onterecht. Ik heb alleen aan willen geven dat beide componisten een ander uitgangspunt hanteren ten aanzien van theologische elementen uit hun muziek. Dat het resultaat totaal verschillend is moge duidelijk zijn. De muziek van Messiaen diende hier alleen als voorbeeld. In ieder geval ben ik na intensieve luistersessies tot de slotsom gekomen dat Eben muzikaal absoluut geen gek figuur slaat naast de muziek van Messiaen. Sterker nog; het laat een overweldigende indruk achter en daarmee stijgt het naar mijn mening zelfs boven de muziek van Messiaen uit. Neem de tijd om zijn muziek tot je te nemen en trek zelf uw conclusies. Op elk volumedeel wordt een ander orgel bespeeld en alle instrumenten in deze reeks behoren tot de grotere orgels. Alle voldoen ook volledig aan de vereiste en voorgeschreven klankconcepten. De uitgaven en opnamen kwamen tot stand met medewerking van de Duitse Bayern Radio 4 en werden uitgebracht door het Duitse label Mottete. Het resultaat mag er absoluut zijn. Prachtige gedetailleerde opnamen en keurig verzorgde uitgaven die alle informatie verschaffen die je maar wenst.

Petr Eben werd geboren in 1928 en overleed op 24 oktober 2007. In dat licht gezien is deze 5-delige serie een postume uitgave.

Jan-Willem van Braak | Juli 2009